Zaterdag 21 januari 2023
20.15 uur
Maria & Nathalia Milstein
viool en piano
Werken van Beethoven, Stravinsky en
R. Strauss
P R O G R A M M A
L. van Beethoven (1770-1827)
Sonate voor viool en piano in Es, op. 12 nr. 3 (1797/98)
Allegro con spirito
Adagio con molt’ espressione
Rondo. Allegro molto
I. Stravinsky (1882-1971)
Suite Italienne (1925)
1. Introduzione
2. Serenata
3. Tarantella
4. Gavotta con due variazioni
5. Scherzino
6. Minuetto e Finale
R. Strauss (1864-1949)
Sonata in Es, op. 18 (1887)
Allegro, ma non troppo
Improvisation: Andante cantabile
Finale: Andante - Allegro
Toelichting:
Muziek uit drie eeuwen.
Beethoven schreef zijn Derde vioolsonate nog net voor een nieuwe eeuw aanbrak, in 1798 en droeg de drie vioolsonates op. 12 op aan Antonio Salieri, bij wie hij een paar jaar later de Italiaanse vocale en operastijl bestudeerde. Hij was de eerste componist die de piano een belangrijker functie gaf dan alleen maar die van begeleidingsinstrument en in de vioolsonates krijgt de piano bovendien een volledig aan de viool gelijkwaardige positie. Hij noemde ze dan ook geen sonates voor viool en piano, maar sonates voor piano en viool.
De bewerkingen voor kleine bezetting van Pulcinella vonden hun oorsprong in 1925 toen Stravinsky de eerste Pulcinella suite arrangeerde voor de violist Paul Kochanski. Aanvankelijk bestond deze uit vier deeltjes; later in 1932 werd het werk uitgebreid tot zes deeltjes voor viool en piano door de componist en Samuel Dushkin en had de Suite Italienne zijn definitieve vorm gevonden. Het toont enige verwantschap met de achttiende eeuwse partita: de ‘Serenata’, het ‘Scherzino’ en het ‘Minuetto’ stammen uit komedies van Pergolesi, maar de triosonates waaraan Stravinsky de ‘Introduzione’, de ‘Tarantella’ en de ‘Finale’ ontleende zijn waarschijnlijk van Gallo en de ‘Gavotta’ is erfenis van een onbekende componist.
Na de voltooiing van zijn Cellosonate en Pianosonate begon Strauss in 1887 te werken aan zijn Vioolsonate en voltooide het in 1888. Het staat bekend om zijn lyrische schoonheid en de technische eisen die aan zowel violist als pianist worden gesteld. In die tijd werd Strauss verliefd op Pauline de Ahna, de sopraan met wie hij later zou trouwen, en zijn amoureuze gevoelens zijn door het hele stuk te horen, maar vooral in het tweede deel dat uniek is: de verstilde vioolpassages wekken de indruk van een improvisatie die de hele tijd een prachtige zangtoon behoudt en meditatief eindigt. Het laatste deel begint met een langzame piano-inleiding die vervolgens overgaat in een uitbundig Allegro. Na een reeks virtuoze passages van zowel de violist als de pianist komt de sonate tot een explosief einde
Maria en Nathalia Milstein:
Maria Milstein, geboren in Moskou in een familie van musici, studeerde in Amsterdam bij Ilya Grubert, in Londen bij David Takeno en aan de Muziekkapel Koningin Elisabeth in Waterloo (België) bij Augustin Dumay.
Maria is prijswinnaar van grote internationale concoursen, niet alleen als solist maar ook als kamermusicus. In 2018 ontvangt ze de Nederlandse Muziekprijs - de hoogste onderscheiding voor een klassiek musicus in Nederland. Zij treedt als soliste veelvuldig op in heel Europa, met o.a. Het Radio Filharmonisch Orkest, het Nationaal Orkest van België en Amsterdam Sinfonietta, en werkte samen met dirigenten als Vasily Petrenko, Otto Tausk, Michel Tabachnik, Duncan Ward en Reinbert de Leeuw. Met pianist Hannes Minnaar en cellist Gideon den Herder vormt Maria het succesvolle Van Baerle Trio. Onlangs brachten ze het volledige oeuvre voor pianotrio van Beethoven uit. Maria’s eigen debuut-cd met pianiste Hanna Shybayeva “Sounds of War kreeg lovende recensies in de internationale pers en kreeg in 2015 de Edison Klassiek in de categorie “beste kamermuziekalbum”.
Samen met violist Mathieu van Bellen richtte Maria MuziekHaven op, een kamermuziekcentrum gevestigd in een historische houten kerk in Zaandam - een plek met residenties voor kamermuziekgroepen, educatieve projecten en een opnamelocatie voor kleine formaties. Maria speelt op een viool van Michel Angelo Bergonzi (Cremona, ca. 1750), in bruikleen van de Stichting Nederlandse Muziekinstrumenten, en is docent aan het Conservatorium van Amsterdam.
Nathalia Milstein begint op 4-jarige leeftijd met piano bij haar vader Serguei Milstein en vervolgt haar studie aan de Genève Haute Ecole de Musique bij Nelson Goerner. Na het behalen van een bachelor- en masterdiploma met onderscheiding zet ze haar studie bij Nelson Goerner voort. In 2018 treedt ze toe tot de studio van Sir András Schiff. Tijdens haar studie heeft Nathalia Milstein waardevol advies gekregen van gerenommeerde pianisten als Daniel Barenboim, Jan Wijn en Menahem Pressler.
Nathalia is prijswinnaar van verschillende jeugdcompetities. Later werd ze laureaat van het Grand Concours International de Piano 2013 en de Adilia Alieva Piano Competition 2014. In 2017 ontving ze ook de Prijs Jonge Solisten van de Médias Francophones Publics. Nathalia begint haar internationale carrière in 2015 met het winnen van de 1e prijs op de Dublin International Piano Competition en wordt sindsdien uitgenodigd in zalen zoals Carnegie Hall in New York, de Wigmore Hall in Londen, het Gewandhaus in Leipzig of het Radio France-auditorium in Parijs.
Sinds enkele jaren speelt ze in duo met haar zus-violiste Maria Milstein en ze hebben samen ook twee albums opgenomen - “La Sonate de Vinteuil” en “Ravel Voyageur” - beide geprezen door internationale critici. Ondersteund door de Safran Foundation (Parijs) en de Foundation “Tempo” (Genève), werd Nathalia’s debuut solo-cd, met werken van Prokofjev en Ravel, uitgebracht in 2018, en haar tweede thematische album, “Fugitives Visions”, in september 2021.