Zaterdag 19 november 2022

20.15 uur

 

Fantasticus

baroktrio

Rie Kimura (viool)

Robert Smith (viola da gamba)

Fred Jacobs (theorbe)

Pieter-Jan Belder (klavecimbel en orgel)

 


 P R O G R A M M A

 

 

Dietrich Buxtehude (1637-1707)

 

Trio Sonatas Op. 2 (1696)

Nr. 1 in Bes, BuxWV 259

Allegro - Adagio - Allegro - Grave - Vivace - Poco Adagio - Presto

 

Nr. 2 in D, BuxWV 260

Adagio - Allegro - Largo - Arietta met 9 variaties - Largo - Vivace

 

Canzona voor Cembalo solo in C, BuxWV 166

Canzona - Fuga 1 - Fuga 2

 

Nr. 3 in G, BuxWV 261

Vivace - Lento - Allegro - Andante - Grave - Gigue

 

Nr. 6 in E, BuxWV 264

Grave -Vivace - Adagio - Poco Presto - Lento - Allegro

 

Sonata voor Viola da gamba en bc in D, BuxWV 268

Geen tempoaanduiding - Geen tempoaanduiding - Allegro

 

Nr. 7 in F, BuxWV 265

Adagio - Allegro - Lento - Vivace - Largo - Allegro

 


Toelichting:

Dietrich Buxtehude bekleedde van 1668 tot aan zijn dood in 1707 de prestigieuze functie van organist van de Marienkirche in Lübeck. Hij stond bekend om de openbare concerten die hij daar organiseerde, gefinancierd door lokale bedrijven en individuele donateurs, en waarvoor hij een grote verscheidenheid aan sacrale werken, kamersonates en virtuoze klaviermuziek componeerde. De toegang was gratis. Volgens een Lübeck-gids uit 1697 waren deze Abendmusiken gevuld met 'aangename vocale en instrumentale muziek'. In 1705 reisde Bach te voet van Armstadt naar Lübeck, zo’n 300 kilometer, om kennis te maken met de muziek en het orgelspel van Buxtehude.

 

Drie groepen van Buxtehudes sonates zijn tot ons gekomen: 7 in zijn Op.1 en Op.2 (waarvan er vanavond 5 klinken, onderbroken door een Canzona voor klavecimbel en een viola da gamba sonate), en nog eens 7 in manuscript, voor viool, viola da gamba en klavecimbel, toen een populaire bezetting onder noordduitse muzikanten. Maar Buxtehudes benadering van de formele organisatie van een sonate was veel losser. Tal van sonates zijn zonder de dansen die typerend waren voor die tijd, en expressie, virtuositeit en opwinding staan op de voorgrond waar Buxtehude experimenteerde met de nieuwe stylus fantasticus, oorspronkelijk gedefinieerd door Athanasius Kircher in 1650 als de meest vrije manier van componeren, aan niets gebonden, noch aan woorden, noch aan een melodisch onderwerp, die dan ook speciaal geschikt was voor instrumentale muziek.

Fantasticus

Het ensemble Fantasticus speelt barokmuziek op historische instrumenten. Fantasticus gelooft in verbinding met het publiek en ziet ieder concert als een gezamenlijke ontdekkingsreis waarbij intensiteit en intimiteit een grote rol spelen. Kennis van de barokmuziek, meesterschap op hun instrumenten en passie om een verhaal te vertellen zijn de handelsmerken van het muziekspel van Fantasticus.

 

Fantasticus is een Amsterdams gezelschap dat vanaf 2010 in belangrijke concertzalen en op festivals in Europa heeft opgetreden. Ook hebben zij verschillende hooggewaardeerde platen opgenomen onder het label Resonus Classics. De BBC vergeleek Fantasticus met ‘The young Andrew Manze and his collaborators’ en noemde hen een geliefde toevoeging aan de oude-muziekscene. De cd ‘Tartini & Veracini’ kreeg een vijf-sterrenrecensie in de Volkskrant. Een registratie van de complete, nooit eerder opgenomen fluitkwartetten Op.12 van Louis-Gabriel Guillemain werd - met als speciale gast de wereldberoemde traverso-speler Wilbert Hazelzet - in augustus 2018 uitgebracht. Gramophone lauwerde deze opname als fabelachtig.

 

 

De naam van het ensemble verwijst naar hun grootste bron van inspiratie: de mysterieuze en virtuoze muziek uit het midden van de 17e eeuw, bekend als de stylus fantasticus. Buxtehude en Biber zijn prominent aanwezig in hun repertoire, evenals muziek voor viool en viola da gamba in het algemeen.

 

Fred Jacobs studeerde luit en theorbe bij Anthony Bailes aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam. Hij is lid van The Gabrieli Consort and Players en het Barokorkest van de Nederlandse Bachvereniging en sinds 1997 als theorbist verbonden aan het Monteverdi-ensemble van de Bayerische Staatsoper in München.

 


Fred Jacobs treedt op met zangers als Johannette Zomer, Charles Daniels en Maarten Koningsberger en geeft recitals met o.a. gambiste Mieneke van der Velden en barokvioliste Lidewij van der Voort. Hij is medeoprichter van The Locke Consort. Voor het Britse label Metronome nam hij het oeuvre voor theorbe op van Robert de Visée.

 

Jacobs is veelvuldig te gast op belangrijke festivals voor oude muziek in Europa en de Verenigde Staten. Hij geeft masterclasses rond het Franse Air de Cour, het Engelse luitlied (o.m. met Emma Kirkby) en de Italiaanse monodie. Jacobs is als docent luit en theorbe verbonden aan het Conservatorium van Amsterdam.